“In de bergen word ik gewaar, hoe God mij draagt”
“Wat doe je eigenlijk bij de bergretraites?”, vraagt men mij soms. Mijn antwoord: “Ik breng de mensen in een ruimte, waarin ze door God worden aangeraakt.” De stilte van de bergen is de voorruimte van God. Hier kan ik tot rust komen en Gods zachte taal, die in het lawaai van alledag vaak amper meer waar te nemen is, weer voluit horen. God omringt mij in de weidsheid van de horizon en in de overweldigende natuur van het gebergte. Dat maakt mij deemoedig en ik word gewaar dat daar iets is, dat groter is dan wij. De geestkracht van God doorstroomt mij door mijn ademhaling en ik voel zijn nabijheid in de aanraking van de wind, de zon of de regen op mijn huid en in de grondervaring dat ik blootgesteld ben aan de natuurkrachten. Tegelijkertijd voel ik mij volledig geborgen als schepsel te midden van zijn adembenemende schepping.
Aandachtig over verschillende soorten ondergrond gaan, is voor mij als bidden met de voeten. En in het waarnemen van vaste grond onder mijn voeten kan ik ervaren, hoe God mij draagt en met mij gaat. Talloze hartvormige kiezelsteentjes op de weg laten mij zijn liefde voelen en op onbekende weggetjes mocht ik al vaak ervaren, dat ik goed geleid word wanneer ik met absoluut vertrouwen ga.
Dichter bij God dan in de bergen kan ik niet zijn en het ervaren van deze verbondenheid, doet verlangen naar meer. Dat geldt niet alleen voor mij, maar ook voor veel anderen die steeds weer terugkomen.
Astrid Kunze, geestelijk begeleidster van bergretraites
Bron: Kerk Wereldwijd 6-2019