Te midden van de coronapandemie werden in maart 2020 in Guinee verkiezingen gehouden. Die gingen gepaard met onrust, demonstraties en geweld.
President Alpha Condé gebruikte de verkiezingen voor een verandering van de grondwet. De verkiezingen die meermaals verschoven werden, werden door veel Guineeërs afgewezen die daartegen demonstreerden. Het geweld bereikte een hoogtepunt op de verkiezingsdag 22 maart 2020. Het geweld duurde twee dagen, eiste 21 doden en meer dan 100 gewonden. Maar de verandering van de grondwet is erdoor gedrukt. Condé bekrachtigde in april 2020 de nieuwe grondwet waardoor hij voor een derde ambtstermijn kon gaan.
De presidentverkiezingen vonden plaats op 18 oktober 2020. Na deze eerste ronde riep de oppositieleider Cellou Dalein Diallo de overwinning uit. Er volgde echter een tweede ronde op 7 november. Daarbij werd Condé door de kiescommissie als winnaar uitgeroepen. Het ging met veel onrust, geweld en doden gepaard. Men vreest voor een burgeroorlog.
De regering werd bekritiseerd omdat ze weigerde de verkiezingen te annuleren vanwege de coronacrisis. Buurlanden hebben scholen en kerken gesloten om samenkomsten te verhinderen. De kerk nam meteen bij het begin van de epidemie haar verantwoordelijkheid omdat de overheid het liet liggen. Pater Jean-Marie Guemou, vicaris-generaal van bisdom N’Zérékoré: “We hebben voorlichting gegeven en preventiemaatregelen getroffen en reinigingsmiddelen besteld om de handen te wassen en de toiletten schoon te houden.”
Na de verkiezingen heeft de overheid dan eindelijk gereageerd op de epidemie: kerken, scholen en bars werden gesloten. Er werd een avondklok ingesteld. Overdag was men verplicht een mondkapje te dragen.